Muiderbergse twee, de verdediging Oefening

Om te zien of je de principes van de verdediging tegen de Muiderbergse twee onder de knie hebt, volgen hierna een aantal oefeningen: biedsituaties met vraag en antwoord wat te doen.

Rechts opent 2© Muiderberg. Wat bied je met:

  1. ª AH54 © 72 ¨ VBT6 § A72
  2. ª AHT54 © 7 ¨ VB63 § A72
  3. ª AB54 © AV7 ¨ VT3 § H74
  4. ª AHBT84 © 7 ¨ AT3 § HT4
  5. ª HBT8642 © 7 ¨ T8 § VT4
  6. ª 2 © T72 ¨ AHBT98 § AV4
  7. ª 2 © T72 ¨ HBT985 § AV4
  8. ª A7 © AVT4 ¨ AVT § AH43

  9. ª AH7 © AVT4 ¨ HT § AH43

  10. ª A72 © VT ¨ HT8 § A8432
  1. ª H7 © H7 ¨ AHVT876 § A5

  2. Na 2© biedt partner doublet. Wat bied je met ª VB32 © H842 ¨ VB4 § HT?

  3. Na 2© volgt partner met 2SA. Wat bied je met ª VB32 © 42 ¨ A9654 § HT?

  4. Na 2© biedt partner doublet. Wat bied je met ª 32 © 642 ¨ A9654 § BT3?

  5. Na 2© biedt partner doublet. Wat bied je met ª 32 © T6 ¨ VBT954 § V3?

  6. Na 2© biedt partner doublet. Wat bied je met ª 32 © AT6 ¨ HVBT95 § H3?

  7. Na 2© biedt partner 3ª . Wat bied je met ª V2 © VB3 ¨ A864 § A732?

Antwoorden

  1. Doublet. Een standaard informatiedoublet: kort in de geopende kleur, vierkaart in de andere hoge kleur, openingswaarden.

  2. 2ª . Hoewel de hand tolerantie heeft voor alle kleuren en om die reden wellicht voor een doublet in aanmerking komt, verdient de schoppen de voorkeur vanwege de goede vijfkaart.

  3. 2SA. Vanwege de punten (15-18) en de evenwichtige verdeling verdient dit bod de voorkeur boven doublet. Een mogelijke 4-4 in schoppen kan altijd nog ontdekt worden via Stayman of Niemeyer.

  4. 3ª . Een schoolvoorbeeld van een intermediate jump

  5. Pas. Ondanks de lengte heb je maar 6 punten en rechts is zwak. Pas als partner zich laat horen, zit er muziek in een schoppen contract.

  6. 3¨ . Een volgbod op 3 niveau moet kwaliteit hebben.

  7. Pas. De hand is niet sterk genoeg voor een volgbod op 3 niveau.

  8. 3SA. Bod spreekt voor zich.

  9. Doublet. Met deze kaart moet je de mogelijkheid voor 4ª open houden. Als partner bijvoorbeeld ª T8652 © 62 ¨ V5 en § T982 heeft is er een groot gevaar na een ruitenstart. Na doublet antwoordt de 4e hand 2SA en als de tweede hand naar 3SA gaat (sterke hand met schoppen en hartensteun) besluit de 4e hand naar 4 schoppen te gaan.

  10. Pas. Weliswaar een opening, maar na een willekeurig bod op 1 hoogte volg je met deze kaart ook niet. Wacht maar af of partner iets belooft, anders moeten we maar tegenspelen.

  11. 3SA. Het lijkt wat op "gambling", maar als je aan slag komt, leg je zo 9 slagen neer

  12. 4ª . De hand past prima bij vraag 2 al is er een mogelijke ruiten introever, 4ª heeft een goede kans.

  13. 3§ . Partner belooft 15-18 punten en een hartenstop. Als er een vierkaart ª is, ga je naar 4ª en anders eindig je in 3SA

  14. 2SA, negatieve Sans. Partner zal bij een minimale hand 3§ bieden, waarna jij corrigeert naar 3¨ .

  15. 3¨ . Speel je de negatieve SA, dan weet partner dat je constructief (maar non-forcing) biedt (vanaf 8 punten). Speel je deze conventie niet, dan kan je niet veel anders bieden dan 3¨ maar partner weet stukken minder.

  16. 3© . Met deze kaart wil je naar de manche. Meestal biedt partner nu 3ª of 3SA. Na 3ª ga je alsnog naar 3SA. Partner zal begrijpen, dat je kaart te sterk is voor een direct 3SA bod. Als partner 3SA biedt, kan je kwantitatief 4SA bieden. Met een maximum legt hij aan in 6SA.

    Als partner na jouw 3© bod een bod op 4 hoogte doet (4§ of 4¨ ) dan geeft hij een maximum aan en eindig je ook in 6SA of hoger.

  17. 3SA. Partner belooft een goede 6-kaart, zodat deze lengte prima is voor een aantal slagen in 3SA. In 4ª ligt het gevaar voor een harten introever op de loer. Bovendien zijn er misschien geen 10 slagen voor handen.

Dat waren dan de oefeningen. De beste oefening krijg je echter aan tafel, en dan vooral als het fout ging, want dat is nog steeds de beste manier om iets te leren.


Terug naar de beschrijving van de verdediging
Terug naar het overzicht Achterkantjes
Terug naar hoofd menu