Eén van de voornaamste doelstellingen van de club is om de competitie zoveel mogelijk volgens de regels te laten verlopen. Iedereen moet zich dus aan de regels houden. Omdat iedereen de regels op z'n tijd nog wel eens naar zijn eigen situatie uit wil leggen en omdat we willen voorkomen dat alles na verloop van tijd in elkaar zakt, moeten we dus steeds blijven opletten dat de regels bekend zijn en nageleefd worden. Hieronder even in vogelvlucht de punten waarin onze club zich onderscheidt van de meeste andere clubs:
- Bij een rondpas wordt NIET opnieuw geschud. Het spel wordt teruggestoken en als contract wordt PAS genoteerd, als score wordt (zowel in N/Z als in O/W) 0 genoteerd. (Dat houdt niet in dat u nu automatisch een NUL krijgt, en als de één met 0 punten een NUL heeft, heeft de tegenstander dus een top).
- Aan het begin van de ronde geeft u uw tegenstander ongevraagd uw systeemkaart. Uiteraard is deze bijgewerkt. Tijdens het spel is het verboden op uw eigen systeemkaart te kijken en ook al heeft uw tegenstander uw systeemkaart, hij mag altijd uitleg vragen over biedingen of speelwijzen en uiteraard bent u verplicht te antwoorden.
- Bij elke onregelmatigheid wordt de arbiter geroepen. Vaak benadeelt u zichzelf als u de arbiter niet roept en zelf aan het regelen slaat. Ook de tegenstander mag niet zelf regelen. Als de arbiter trouwens niet geroepen zou worden, hoe denkt u dan dat de arbiter zijn werk kan doen als hij twee jaar na cursus nog geen behoorlijke ervaring heeft opgebouwd?
- Bij elk spel dat te lang dreigt te duren (het bieden of het spelen) moet het tijdnoodkaartje op tafel worden gelegd en bij een tweede keer in dezelfde ronde aan dezelfde tafel moet de arbiter worden geroepen. U moet voorkomen dat u bij het vierde spel in tijdnood komt, omdat u een ander ongestraft alle tijd hebt laten gebruiken op het eerste spel.
- Na het spel wordt het scorekaartje ingevuld en gecontroleerd. De grootste fout die u kunt maken (en het komt héél vaak voor) is de score overnemen van een ander die op hetzelfde kaartje hetzelfde contract heeft gescoord. Natuurlijk "lekker gemakkelijk", maar als die ander een fout maakte (kwetsbaarheid fouten komen het meest voor), neemt u die fout over, krijgt u een apestaartje en duurt de uitslag weer langer.
- Als u het scorekaartje controleert, kijk dan eerst of de score goed genoteerd is: uw paarnummer, het paarnummer van de tegenstander, de windrichting, het contract, het resultaat en de score. Pas als alles goed is, kijk dan gerust wat anderen hebben gedaan. Bij vele controleurs bestaat de controle uit alleen dat laatste en dat nodigt uit tot foutscores.
- De dummy heeft zeer beperkte rechten. Het voornaamste recht (in de praktijk) is het verzorgen van de versnaperingen aan tafel. Als de dummy kaarten aanwijst of al vast naar voren schuift, is sprake van onsportief gedrag en moet de arbiter direct worden geroepen.
- Bij elk sprongbod moet het stopkaartje worden gebruikt. Als uw rechter tegenstander het stopkaartje gebruikt, moet u tien seconden wachten voordat u uw bieding mag doen. Biedt u sneller, dan kan dat ongeoorloofde informatie zijn met alle nare consequenties van dien.
- Denkpauzes
waar mogelijk ongeoorloofde informatie wordt gegeven worden als zodanig aangemerkt als het langer dan 10 seconden duurt voordat iemand een bieding doet. Uw taak aan tafel is om de denkpauze (hardop) te constateren en als u denkt dat het bod van de ander daardoor beïnvloed is, de arbiter te roepen. Dit staat los van het gebruik van het tijdnood kaartje.