Na het laatste spel wordt de uitslag uitgerekend. Wij doen dit met behulp van de computer en het zou dus redelijk snel kunnen gebeuren. Er zijn een aantal controlepunten en als alles klopt, zijn we op de avond snel klaar. Mogelijk dat bij nacontrole blijkt dat er verkeerd gescoord is en volgt alsnog een correctie (3 § + 1 is echt 130 en geen 110).

Zolang alles op deze manier verloopt, gaat het snel en goed. Toch komt het redelijk vaak voor, dat er een fout in de score zit. Kwetsbaar 1 down voor -50 is niet juist en als paar 5 tegen paar 8 speelde, moet die score niet bij paar 9 worden ingevuld. Elke fout die op deze manier wordt geconstateerd moet ter plaatse worden uitgezocht. Dit is mensenwerk en kost dus extra tijd. Hoe meer fouten in de score, zoveel later de uitslag.

Uiteraard proberen we de foutschrijvers te stimuleren om in het vervolg beter op te letten. Foute scores leveren een "apenstaartje" (@) op en dat kost dus 0,5% of 2 IMP's per keer, zowel bij het N/Z paar als het O/W paar, want de één schrijft (en maakt een fout) en de ander controleert (en ziet dat niet).

Het is echter niet onze hobby om apenstaartjes uit te delen (al denken sommigen daar anders over) en wij zouden de dag toejuichen als niemand meer een schrijffout maakt. Om u te laten wennen aan een standaard schrijfwijze en een goede procedure volgen hieronder de:

• Volgens de nieuwe Internationale Spelregels voor Wedstrijdbridge, ingaande 1 september 1997, is iedere speler verantwoordelijk voor de gang van zaken aan tafel.
• In onze vereniging is besloten, dat Noord schrijft en Oost controleert. Zuid en West overtuigen zich ervan dat alles op de juiste wijze geschiedt.
• Schrijven dient uitsluitend te gebeuren met een bridgepen; géén rode kleur gebruiken (in verband met corrigeren).
• Bij vergissingen die zonder te knoeien niet hersteld kunnen worden roept u de wedstrijdleider; deze beschikt over correctie-plakstrookjes.
• Het contract wordt genoteerd bij het paar dat speelt, in de richting waarin het wordt gespeeld (dus in N/Z of in O/W).
• Het paarnummer van het paar dat speelt wordt genoteerd bij het tegenpaar onder de kolom "contract" in de richting waarin het tegenpaar speelt.
• De score wordt genoteerd in de richting waarin deze wordt behaald (dus in N/Z en in O/W); ze dient complementair te zijn (N/Z score + O/W score = 0).
• Het contract, het resultaat en de score wordt genoteerd op de reizende scorekaart.
• Bij een "rondpas" noteert u "pas" onder de kolom "contract" voor beide paren in de juiste windrichting plus het nummer van het tegenpaar, evenals de score 0 (nul) onder de kolom "score" eveneens voor beide paren (dus in beide richtingen).
• De eerste noordspeler voorziet het scorebriefje van het juiste spelnummer en de eerste oostspeler controleert dat.

Symbolen voor het aanduiden van het contract:
S = Schoppen (dus niet Sch of ª ) H = Harten (dus niet Ha of © )
R = Ruiten (dus niet Ru of ¨ ) K = Klaveren (dus niet Kl of § )
SA = Sans Atout (dus niet Sans of NT of ¤ )
Doublet wordt aangegeven met een "x" achter het contract (dus niet d of D of !)
Redoublet wordt aangegeven met "xx" achter het contract.

Let bij het afscoren op:
de correcte kwetsbaarheid; waardering (score); speelrichting; speelsoort; het correcte aantal (down)slagen en vooral op het PAARNUMMER.